
Johan Robesin
Publiceerde zes boeken bij Uitgeverij U2pi
Voor wie wil schrijven moet liefde voor taal de basis zijn
Is dat zo? Ik vind van wel. Een boek schrijven doe je eerst en vooral uit liefde voor taal. Niet om met een bepaalde hoeveelheid moeizaam bijeengeharkte zinnen louter voor de sier ergens op een boekenplank terecht te komen. In dat geval kun je maar beter iemand inhuren die jouw boodschap of verhaal pseudo-professioneel weet te verwoorden. De klinische weg noem ik dat. Vaak kil en zonder de minste empathie.
Zoals bij de voetballer, die bang is dat hij na zijn laatste wedstrijd snel in de vergetelheid zal raken en daarom door middel van een boek ‘van eigen hand’ met de mensheid verbonden wil blijven, voor nu en in eeuwigheid. Schoenmaker blijf bij je leest, denk ik dan.
Houdt je voet aan de bal op een populair trapveldje en vertel daar iedereen hoe goed je was toen jouw dartelingen op de grasmat van een of ander stadion zich vrijwel iedere week op tv aan een breed publiek ten beste gaven.
Voor mij hoeft dat niet per se nog eens uitgevouwen te worden in een boek, waarin die ballenman zijn acteren zo fraai mogelijk bejubeld hoopt te zien, want zo wil hij toch maar wat graag in herinnering blijven bij het voetbalminnende deel van de samenleving wanneer een borstbeeld of plaquette te veel gevraagd zijn. Een schrijver die zich voor zo’n jubelboek laat paaien noemen we een ‘ghostwriter’. Klinkt op het eerste gezicht interessant, maar dat is het allerminst. ‘Moneywriter’ is een betere betiteling.
Als je door deze en soortgelijke verschijnselen in boekenland naar de zakelijke kant van de schrijftafel wordt gelokt, kies je voor een doodlopende route. Vergeet het en zoek voor je verlangen naar het schrijverschap ook geen steun bij artificiële intelligentie, een ramp voor de authenticiteit van de taalwereld. Het lijkt op het eerste gezicht tamelijk onschuldig, maar wat er achter schuilgaat komt snoeihard aan als je leest over de duistere wereld van gegevensmakelaars, van schimmige bedrijven die op slinkse wijze gegevens over ons leven, ons denken en gedrag verzamelen en deze omzetten in verkoopbare profielen van wie we zijn en nog gaan worden.
Trap er bij gebrek aan taalvaardigheid en creatief geworstel niet in maar zoek steun waar die kwalitatief in ruime mate aanwezig is, zoals bij Jouwboek.nl / Uitgeverij U2 pi BV. Daar ben je verzekerd van de juiste adviezen en ondersteuning. Vanaf die plek brengen ze je bij dat het op eigen kracht realiseren van een boek een ambacht is, dat je geduldig en liefdevol moet aanleren, met vallen en opstaan. Nooit de moed opgeven, want als het lukt heb je voor de rest van je leven een liefhebberij, die jou en anderen erg gelukkig kan maken.
‘Wat is er mooier dan de taal waarin je denkt, droomt, liefhebt en ruziet.
Taalexpert Piet van Sterkenburg (emeritus hoogleraar lexicologie van de universiteit van Leiden) plaatste deze ontboezeming in hoofdletters op de achterzijde van zijn jongste uitgave ‘Hedendaags Nederlands, een taal om van te houden’. Daarmee is in feite voor iemand die graag een boek zou willen schrijven over een onderwerp dat hem of haar bezighoudt, alles gezegd. Zonder liefde voor de taal waarin het leven geleefd wordt ligt een bevredigend schrijversbestaan op een onbewoond eiland.
Je gaat als doe-het-zelver ook niet proberen een tafel in elkaar te knutselen als je geen belangstelling koestert voor mooi vakwerk en tegelijk ook een zekere tegenzin voelt omdat je vreest voor een mislukking. Dan wordt de klus geheid een drama. Een self made tafel zonder bezieling en enige vaardigheid kan niet. Met een boek is dat niet anders.
Het valt in Piet van Sterkenburg te prijzen, dat hij een vurig pleidooi houdt om trots te zijn op onze taal en taalplezier te hebben. ‘Want het Nederlands’, betoogt hij,’ is springlevend en
een taal om van te houden.’ Van mijn kant voeg ik daaraan toe dat taal de ziel is van een gezond schrijverschap.
Met dit idee ga je aan de slag als het verlangen om een boek te maken je niet meer loslaat. Dat moet de drijfveer zijn om iets op papier te zetten dat door velen met interesse zal worden gelezen, niet alleen vanwege het onderwerp maar ook om de formulering, het woordgebruik, de zinsbouw, de stijl, de sfeer. Dat zijn de ingrediënten die de lezer een comfortabel leesgevoel moeten geven. Om die beleving op te wekken is echt geen stortvloed van fraaie metaforen nodig. Eenvoud is ook in het schrijversvak kenmerk van de meester.
Bij mij heeft het met plezier benutten van de Nederlandse taal om ervaringen, gevoelens en opinies leesbaar te formuleren, zowel in woord als geschrift, mijn hele leven een essentiële plaats ingenomen. Het begon al op het gymnasium met een absolute voorkeur voor het vak Nederlands. Dat kwam vooral door de aanstekelijke bevlogenheid van de docent, die Guido Gezelle op onnavolgbare wijze wist te declameren en mij de liefde voor
taaltechniek en literatuur bijbracht. Met veel plezier en steeds makkelijker schreef ik teksten voor het schoolblad, vulde schriften met romantische gedichten of schreef een opstel voor mijn schoolvriendin waar die gedichten doorgaans voor bedoeld waren.
Ik ga hier zeker niet beweren dat het allemaal van de beste kwaliteit was, absoluut niet. Er mankeerde meer dan ik verdroeg. Overigens geen reden om de pen met rust te laten. Wel
een tijdje toen mij duidelijk gemaakt werd dat een studie Nederlands er om financiële redenen niet inzat. Pas toen ik de kans kreeg om als leerling-journalist bij een krant aan het
werk te gaan, bloeide m’n taalgretigheid weer op. Na jaren journalistiek werk, een eigen bedrijf in communicatie en aansluitend nog een politieke loopbaan, vlamde het vuur om de
rest van m’n leven zoveel mogelijk te vullen met schrijven weer op als nooit tevoren.
Het is bovenal dankzij een heel goed contact met de hoofdredacteur van Uitgeverij U2pi, Jeroen van der Starre, plus de ondersteuning van mijn echtgenote Marijke, die voor ieder
boek niet alleen de volledige tekstverwerking en opmaak verzorgt, maar mijn pennenvruchten ook kritisch gadeslaat en waar nodig beter leesbaar maakt. Met zulke condities is het heerlijk om te blijven doen waar ik vroeger slechts van droomde.
Johan Robesin in de media
(sommige van onderstaande links kunnen alleen door abonnees geopend worden):

Foto: omroep Zeeland



